Een heerlijk traditioneel plattelandsgerecht uit Frankrijk
voor 4 porties:
1 kg riblappen
300 gr zilveruitjes
300 gr dobbelsteentjesspek
400 gr kleine champignons
4 tenen knoflook
1 winterwortel
4 stengels bleekselderij
4 dl rode wijn
4 dl runderbouillon
3 el bloem
2 takjes tijm
2 laurierbladeren
1 bos(sen) peterselie
boter, om te bakken
zout en peper, naar smaak
Snijd het vlees in dobbelstenen van ongeveer 2,5 x 2,5 cm en bestrooi dit met bloem. Snijd de winterwortel in grote stukken. Snijd de bleekselderij in stukjes. Snijd de knoflook in 4 stukken. Maak van 3 takjes peterselie, tijm en laurier een pakketje. Hak de rest van de peterselie fijn.
Verhit de boter en bak hierin het spek, de zilveruitjes en de knoflook totdat het begint te verkleuren. Haal alles uit de pan. Voeg de selderij en wortel toe en bak dit twee minuten mee.
Maak op smaak met zout en peper en haal vervolgens alles uit de pan. Bak het vlees in het overgebleven vet bruin en haal ook dit uit de pan. Bak de champignons bruin en haal ook deze uit de pan.
Doe nog wat extra boter in de pan en verhit dit tot de schuim is weggetrokken. Voeg nu evenveel bloem toe en roer goed, totdat alles is opgenomen en een vaste massa ontstaat. Voeg nu beetje bij beetje de wijn toe en roer dit elke keer goed door totdat het opgenomen is. Doe hetzelfde met de bouillon. Je hebt nu een iets dikkige saus.
Voeg het vlees toe samen met het kruidenpakketje toe en de wortel en selderij. Laat alle gedurende 2 uur sudderen.
Verwijder na de 2 uur het kruidenpakketje en voeg de champignons, zilveruitjes, spekjes en knoflook bij het vlees.
Laat het geheel nog eens 30 minuten sudderen. Bestrooi voor het opdienen met de peterselie en serveer het met stokbrood of aardappelen, maar zeker met een goed glas rode wijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten